Ontwikkelingsstoornis
Een ontwikkelingsstoornis belemmert de normale ontwikkeling van een kind. Het kan een neurologische of psychische aandoening zijn die ontstaat tijdens de kindertijd of adolescentie en kan pas op latere leeftijd wordt gediagnostiseerd. Een succesvolle behandeling is goed mogelijk maar wordt op een latere leeftijd steeds moeilijker. Het is daarom belangrijk vroegtijdig een ontwikkelingsstoornis te diagnosticeren.
Wat is een ontwikkelingsstoornis?
Er worden diverse ontwikkelingsstoornissen onderscheiden, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen een neurologische en psychische aandoening. De symptomen zijn erg uiteenlopend en kunnen verschillende oorzaken hebben. Sommige aandoeningen zijn tijdelijk anderen zullen gedurende de gehele levensloop aanwezig blijven.
De aard van de symptomen kunnen erfelijke factoren, een erfelijke ziekte of een schokkende ervaring zijn. Daarnaast spelen omgevingsfactoren, zoals opvoedingsfactoren, een rol in het beginnen van een ontwikkelingsstoornis . Doordat al deze factoren gedurende de ontwikkeling van een kind door elkaar lopen en elkaar indirect beïnvloeden, kunnen kinderen met lichamelijke problematiek een lager gevoel van eigenwaarde ontwikkelen en zich minder sociaal opstellen. Hieruit kan een vicieuze cirkel ontstaan welke aanhoudt en/of verergert.
Ontwikkelingsstoornissen
In de DSM-V worden onder andere de volgende neurobiologische ontwikkelingsstoornissen onderscheiden:
1. Aandachtsdeficiëntie- / hyperactiviteitsstoornis: ADHD, maar ook ODD en CD
o ODD en CD zijn gedragsstoornissen waarbij iemand extreem dwars, opstandig of agressief gedrag vertoont. Dit gedrag leidt tot nadelige gevolgen voor de persoon en voor zijn omgeving.
o Verschijnselen van ODD – Een kind of jongere met ODD:
– Is vaak driftig
– Vindt het moeilijk te gehoorzamen
– Gaat snel in verzet
– Is snel boos of gefrustreerd
– Heeft vaak de neiging anderen te ergeren of te plagen
– Geeft vaak anderen de schuld van zijn eigen fouten
o Verschijnselen van CD – Bij kinderen en jongeren met CD zijn de gedragsproblemen ernstiger. Een kind of jongere met CD:
– Liegt vaak
– Heeft de neiging om mensen of dieren pijn te doen
– Steelt vaak
– Vecht snel
– Gaat op latere leeftijd vaak inbreken en/of brandstichten
Het gaat vaak om een opzettelijke actie en het kind heeft er geen enkele spijt van. Sommige kinderen hebben eerst gedrag dat hoort bij ODD en als ze ouder worden vertonen ze gedrag dat past bij CD. Bij gedragsstoornissen komen drie soorten gedragingen voor:
1. Oppositioneel gedrag: verzetten tegen leiding van volwassenen
2. Agressief gedrag: het lichamelijk of geestelijk pijn doen van iemand of het beschadigen van een voorwerp.
3. Antisociaal gedrag: ernstig overtreden van normen en regels door bijvoorbeeld te liegen, stelen of het stichten van brand.
o ADHD: ontwikkelingsstoornis gekenmerkt door concentratieproblematiek, hyperactiviteit en/ of impulsief gedrag. Kinderen zijn vaak impulsiever en motorisch onrustiger/beweeglijker en hebben moeite met planning en uitvoeren van taken. Belangrijkste kenmerken zijn:
– Aandachts- en concentratieproblemen
– Impulsiviteit
– Overbeweeglijkheid
– Geheugenproblemen
– Moeite met organiseren en plannen
– Overzichtproblemen
2. Autisme spectrumstoornissen: Autisme is een ontwikkelingsstoornis waarbij zich problemen voordoen voornamelijk bij sociale interactie en communicatie. Er kunnen, afhankelijk van de leeftijd, problemen zijn in contact onderhoud, sociale interactie (spraak, gebruik en interpreteren van gezichtsuitdrukkingen) en met onverwachte situaties. In de DSM-V wordt onderscheid gemaakt in ernst van de stoornis, bestaande uit:
– Niveau 1: ondersteuning nodig
– Niveau 2: substantiële ondersteuning nodig
– Niveau 3: Zeer substantiële ondersteuning nodig.
3. Verstandelijke beperkingen: beperking die in verschillende mate kan voorkomen. Mensen met een licht verstandelijke beperking hebben een IQ-score tussen 50 en 70 (laag IQ) en denken minder snel dan leeftijdsgenoten die normaal begaafd zijn. Zij blijven vaak achter bij de ontwikkeling van conceptuele, sociale en praktische vaardigheden.
4. Communicatiestoornissen
o Selectief mutisme: kinderen met deze aandoening kunnen praten, maar doen dat in bepaalde (sociale) situaties niet. Sommige kinderen praten alleen tegen gezinsleden en bekenden.
5. Motorische stoornissen: DCD (Developmental Coordination Disorder) kenmerkt zich door een achterstand in de ontwikkeling van motorische vaardigheden en moeite met het coördineren van bewegingen.
6. Tic stoornissen: neurologische of psychische aandoening die gekenmerkt wordt door spontane, reflexachtige bewegingen of vocale uitingen.
o Syndroom van Gilles de la Tourette: deze ontwikkelstoornis uit zich door ongecontroleerde spierbewegingen of het maken van geluiden. Personen voelen sterke prikkels om bepaalde bewegingen te maken of bepaalde geluiden of woorden te uiten. De tics openbaren zich meestal tussen de 4de en 15de levensjaar.
7. Leerstoornissen: cognitieve aandoening die losstaat van de intelligentie van het kind en zich manifesteert tijdens het intentioneel leren.
o Dyslexie: leerstoornis in de ontwikkeling van het lezen.
o Dyscalculie: leerstoornis op het gebied van rekenen.
Behandeling ontwikkelingsstoornissen
Voor het behandelen van een ontwikkelingsstoornis is een correcte diagnose van uiterst belang. Voorafgaand aan een eventuele behandeling wordt er dan ook een uitgebreid psychologisch onderzoek uitgevoerd. Behandelingen en/of doorverwijzingen voor een ontwikkelingsstoornis wordt in overleg en op maat aangeboden, afhankelijk van de aard en ernst van de klachten.